Eind 2021 heb ik een verhaaltje ingezonden voor een wedstrijd van Schrijvenonline, het magazine waar ik lid van ben. <br />Ik zat niet bij de shortlist van 20 en weet ook niet wat men er uiteindelijk van vond. Dat zal ook wel deel uitmaken van het verdienmodel want gratis advies levert niets op en men wil je graag bij een schrijfcursus zien natuurlijk. In ieder geval was mijn inzending niet goed genoeg.</p>
<p>Dit was de opdracht:</p>
<p><em>De opdracht voor de wedstrijd is: schrijf een verhaal van maximaal 500 woorden met als gegeven: de stem van je vader/moeder. Alle genres zijn toegestaan.</em> </p>
<p>Ik hou niet van ‘the obvious’, want iedereen zou letterlijk de stem van… inzenden. Om op te vallen wilde ik een een alternative invalshoek. Die dacht ik te hebben gevonden in onderstaand verhaal. Helaas heeft de jury alleen maar de letterlijke ‘stemmen’ er uit gevist. Eigenwijze schrijvers redden het niet, je moet blijkbaar toch met de stroom mee.</p>
<p><strong>De stem van Van Halm </strong></p>
<p>De jongens luisterden stiekem naar de twee pratende mannen, terwijl ze zich onder de toegangstrap naar het dorpshuis schuilhielden. Elijah zocht contact met de angstige donkere ogen van Bollo. Ze probeerden te verstaan wat de mannen zeiden.<br />‘Dus het is gebeurd?’, vroeg de dikke man.<br />‘Wis en waarachtig!’, antwoordde de ander geïrriteerd. ‘Door de stem van Van Halm zijn we alles kwijt’. <br />‘Niet te geloven,’ mopperde de dikke man verontwaardigd. ‘Ik snap er niets van. Van Halm wordt zelf het hardst geraakt van allemaal! Waarom dan toch?’<br />De ander haalde zijn schouders op en stopte wat tabak in zijn pijp. ‘God weet het. Hoe dan ook, die zwartjes zijn binnenkort allemaal weg’.<br />Elijah draaide verschrikt zijn gezicht naar Bollo. Hij zag tranen in de ogen van het slavenjongetje en Elijah voelde zijn eigen lip trillen. Hij trok Bollo aan zijn arm mee onder de trap vandaan en samen renden ze richting de kerk.<br />‘Ik ga dit rechtzetten Bollo!’, riep hij boos. Bollo knikte instemmend. Ze omhelsden elkaar en namen afscheid.<br />Elijah rende zo hard als hij kon naar huis. Langs de suikerrietvelden, het ketelhuis en zo naar de statige witte plantagewoning Vlammenburg. Hij stormde naar binnen, waardoor een bediende verschrikt opkeek en Elijah vloog vervolgens de werkkamer van zijn vader binnen. <br />‘U had het beloofd!’, gilde hij hijgend en met betraande ogen, naar zijn vader die achter zijn bureau aan het schrijven was.<br />Zijn vader verplaatste verstoord, maar kalm, zijn blik van het papier, over zijn brilletje heen, naar Elijah.<br />‘Wat is de reden van deze ongepaste interruptie, Elijah van Halm?’, vroeg hij, terwijl hij verder schreef. <br />‘Bollo!’, riep hij met overslaande stem. ‘U zei dat hij mocht blijven! Maar toch heeft u vóór gestemd en nu moet hij weg!’<br />Vader legde zijn pen neer, deed zijn brilletje af en stopte deze in zijn vestzak. Hij stond langzaam op, liep om zijn bureau heen en ging voor Elijah staan. Hij keek bedachtzaam omlaag naar zijn achtjarige zoon.<br />‘Dit is beter voor Bollo, jongen. Hij hoeft geen slaaf meer te zijn. Hij zal vrij zijn’. <br />‘Hij zal weggaan!’, gilde Elijah. ‘Hij is mijn beste vriend en die raak ik kwijt en dat is uw schuld!’ en hij sloeg zo hard hij kon met zijn vuisten op de buik van zijn vader die amper een krimp gaf. Van Halm legde zijn hand op de kruin van Elijah. ‘We verkopen Vlammenburg en gaan terug naar Holland. Daar zul je nieuwe vriendjes maken. Blanke vriendjes.’<br />‘Ik wil geen nieuwe vriendjes. Ik wil Bollo!’. Hij duwde de arm van zijn vader ruw weg. ‘Ik haat U!’ en hij rende via de hal weer naar buiten. In de tuin klom hij zo behendig als een aap in de grote eik waar zijn boomhut was. Hij veegde met zijn hand de tranen uit zijn ogen. In de verte zag hij de hutten van de slaven. Ze dansten en ze zongen en Bollo danste mee. Vertwijfeld zakte Elijah ineen